Beast
Ik staarde naar zijn voorhoofd. BEAST, stond er in zwarte, Gotische letters. Ook de rest van zijn gebruinde huid zat onder de woeste tattoos. Mijn ouders leken er niet door aangedaan: ze luisterden braaf knikkend naar zijn uitleg over de douche, de afwasplekken, de toiletten, en wáár precies op de camping auto’s wel en niet welkom waren. Ze keken erbij alsof ze een getatoeëerde, kaalgeschoren vent met grote gaten in zijn oorlellen doodnormaal vonden. Terwijl ze nota bene al op z’n kop stonden toen ik vorige week mijn haar groen verfde. Ik bedoel: dat groeit er gewoon uit.
Beast deed het ook wel voortreffelijk: duidelijke handgebaren, een open, vriendelijke blik in zijn ogen. Hij sprak zijn talen — Duits en Engels. De Noorse camping waar we ons bevonden straalde een vreemde mengeling uit van Viking-historiek en een Satudarah-motorclub. Een linksig sfeertje zoals onder de vrijwilligers van Archeon, waar ik als kind vaak kwam, met zelfgemaakte sandalen en walmend houtvuur — en anderzijds de wat ruigere motorrijders, met veel leer en tatoeages. Het zou me niet verbazen als ze ergens een pistool of mes verborgen. Van de eerste soort leek Beast het gastvrije karakter te hebben overgenomen. Waar de rauwe kant zich in uitte, moest nog blijken. “So, ladies and gentlemen, you can find your spot now,” besloot hij zijn uitleg. Ik keek hem aan. Zijn blik bleef iets te lang op mij rusten. Resoluut draaide hij zich om en liep naar de kantine bij de receptie, waar een man met opgeschoren haar en van boven een lange, blonde vlecht hem opwachtte.
Mijn ouders en ik begonnen meteen te zoeken naar de beste plek voor onze tent. “Hier is schaduw!” riep mijn moeder. Ze stond gebukt onder een overhangende boom. “Maar hier is elektriciteit! Ook belangrijk in deze hitte”, grinnikte mijn vader. Ik mocht kiezen. Gekoeld bier leek me belangrijker dan een beetje schaduw. Ik was deze zomer 18 jaar geworden en nu wilde ik het weten ook. Mijn oudere zus Sazia was het huis al uit, dit was de eerste keer dat mijn ouders alleen met mij op vakantie moesten. Nou ja, moesten: ze wilden het graag. Ik was zelf liever naar Ibiza gegaan met mijn vriendinnen. Maar dat kostte honderden euro’s — die ik niet had — en Noorwegen met mijn ouders was gratis. Helemaal gratis. En onverwacht tropisch weer op de koop toe.
Drie kwartier later stond ons tentje en waren de luchtbedden opgeblazen. Het donkergroene geval viel wat uit de toon naast de nieuwe, megagrote opblaasbare tent van onze Nederlandse buren. Ik snap niet wat mensen bezielt om zo’n gevaarte aan te schaffen. Het kan haast niets anders zijn dan een poging om indruk te maken. Ik bedoel: ze waren met z’n vieren! In zo’n tent kon een heel weeshuis leven.
Mijn vader wreef over zijn rug, mijn moeders stond te hijgen. De ouwelui moesten duidelijk even uitrusten. Ik schonk ze een glaasje wijn in en besloot in mijn eentje de camping te verkennen. Die oude hutjes van de vikingen waren misschien wel interessant. Nieuwsgierig wierp ik een blik naar binnen. Stro op de vloer, scheve, handgemaakte houten stoeltjes. Alles oud en verzakt. Snel liep ik door naar de receptie, waar foldertjes lagen over de omgeving. Ik hoopte op een disco in de buurt of een mogelijkheid tot raften. Weg met die gezapigheid. Op een soort houten vlonder voor de receptie zat Beast een biertje te drinken. “Hey, young lady!” riep hij me toe en hief zijn glas. “Care for a game of Puta?”
Ik bloosde. Puta, nooit van gehoord. Maar ik voelde me gevleid dat hij me riep.
“Sure, how do you play it?”
Meteen sprong Beast uit z’n stoel en ging me voor naar een veldje vol houten paaltjes. Tersluiks staarde ik naar zijn atletische, slanke lichaam. Ik schatte hem een jaar of dertig. Er volgde een vage uitleg, er moest iets gebeuren met een bal, er moest geschopt worden, en voor allerlei acties waren verschillende aantallen punten te verdienen. Het duizelde me.
“I don’t know…” weifelde ik. “It’s very complicated.”
Beast lachte hartelijk en zijn donkerbruine ogen fonkelden.
“Of course, but first you have to drink some alcohol”, he said. “You’re over eighteen, right?”
Zijn blik dwaalde af naar mijn borsten. Mijn schuchtere ja-knik leek over méér te gaan dan een glaasje bier. Beast nam me mee naar het terras en schonk iets voor me in. Geen bier; het was groen gekleurd spul. Misschien een likeurtje. Het smaakte behoorlijk zoet.
“You like it?” vroeg hij, terwijl hij zijn hand amicaal op mijn schouder legde.
“Yes, this tastes good. Sweet.”
“Great.” Zijn glimlach verbreedde zich tot een grijns. Ik kon niet anders dan ondeugend teruglachen.
We dronken elk drie drankjes. Beast bleek in werkelijkheid Nils te heten. Hij toonde zich geïnteresseerd in mijn herkomst, wilde weten van welke schrijvers en muziek ik hield, wat ik wilde gaan studeren. Uitgebreid vertelde ik over mijn keuze voor de studie Culturele antropologie.
“So you must be interested in Viking culture, right?”
Ik lachte verlegen. “A little bit.”
“A little bit!?! But you came here, all the way to Norway?”
“My parents chose this camping”, zei ik eerlijk. “But I like it a lot, of course!” Bij de woorden ‘of course’ keek ik hem iets te lang aan. Zijn ogen waren echt fantastisch mooi, zag ik nu. Van het diepste donkerbruin. Zijn zachte glimlach vormde een geweldig contrast met zijn stoere uiterlijk. Ruwe bolster, blanke pit: hier zat het levende cliché.
Inmiddels voelde ik me ontspannen en loom. Het was enigszins een teleurstelling toen Nils weer over Puta begon. “Come, you have to play!” drong hij aan. Ik hees me van het houten bankje en volgde met weinig enthousiasme. “Hey, lady? Not tired yet, eh?” vroeg hij en sloeg een arm om me heen. Dat hielp. Alsof ik twee sterke koffies achterover had geslagen. De zon was al achter de bergen verdwenen, maar de hemel bleef licht. De nachten waren hier extreem kort. We liepen naar het veldje met de houten stokjes en ik voelde de zwoele zomernachtlucht om me heen waaien. Samen gooiden we wat met een bal naar de stokjes. Ik moest er vooral om lachen. Het lukte me niet om serieus te spelen, ik snapte niks van de regels. Misschien was het dat groene drankje. Vanuit een soort luikje in de mega-tent, die tussen het spelterrein en mijn eigen tent stond, zag ik twee kleine blonde meisjes nieuwsgierig naar ons kijken. Moesten die nog niet slapen!?
Nils was zo dichtbij me dat ik zijn fysieke aanwezigheid kon voelen zonder hem aan te raken. Ik droeg een zwarte jurk, die wild omhoog wapperde door de warme wind. Tevergeefs probeerde ik hem naar beneden te houden. Plotseling draaide Nils zich naar me toe. “Don’t keep it down”, zei hij op lage toon. Zijn ogen leken wel zwart in dit schemerlicht. Zijn handen gleden onder mijn rok en aaiden mijn bovenbenen, zacht en gelijkmatig. Van beneden naar boven, van boven naar beneden. “You like it?” vroeg hij en keek me doordringend aan. “Am I doing something you don’t like?” Ik kon geen woord meer uitbrengen, mijn stem zou hees en onverstaanbaar zijn geweest, maar ik schudde heftig van nee. “Great”, zei hij en daar was zijn glimlach weer. De wereld draaide en ik voelde hoe zijn mond de mijne zocht. Dit was… ongehoord. Ongehoord maar heerlijk.
Pas toen Nils me zijn caravan in had gesleurd, dacht ik weer aan het bestaan van mijn ouders. Zou de wijn al op zijn? Ik had niets meer van ze gehoord. Mijn mobiel lag nog in de tent. Het verbaasde me dat ze me nog niet waren gaan zoeken. Nils bood me een vierde groen drankje aan, dat ik gulzig achterover sloeg. Mijn ouders spoelden met de groene stroom mee mijn slokdarm in. Ik dacht nog maar aan één ding. Deze bruinogige viking. Mijn beast.
Met mijn ex-vriendje Erik had ik wel eens wat gevoosd. Geknuffeld, gestreeld, gezoend. Hij beroerde met zijn handen onder mijn kleding mijn borsten en ik kneed zijn billen. Verder waren we nooit gegaan. Maar nu met Beast leek ik al mijn grenzen te verliezen. Ik werd zelf een beest. Liggend op zijn smoezelige opklapbed konden mijn handen niet wachten om de kleding van zijn lichaam te rukken. Hij protesteerde niet en deed hetzelfde bij mij. Vol onbezwaarde passie gleden mijn handen over zijn gladde bovenlijf. Plotseling richtte hij zijn hoofd op.
“You like oral sex?”
Ondanks de alcoholvloed en mijn tijdelijke grenzeloosheid was ik verbaasd.
“I don’t know,” antwoordde ik naar waarheid. “What do you mean?”
Hij stak zijn tong naar me uit. Tot mijn schrik zag ik dat het uiteinde ervan gespleten was. Zoiets had ik nog nooit gezien. Alleen op tv, bij een man die ook hoorntjes op zijn voorhoofd had laten groeien. De tong bewoog uitdagend heen en weer boven mijn hoofd.
“I can give you real pleasure”, zei Nils met zwoele blik. Bijna schoot ik in de lach, maar ik wilde de spanning niet ongebruikt laten wegvloeien. Ik wist me tot de situatie te bekeren. De drank hielp. Ik zag dubbel, zijn tong spleet zich in vieren.
“Okay. You give me some pleasure!”
______
Om me heen klonk vogelgekwetter. Ik probeerde mijn oogleden te openen, ze leken wel aan elkaar geplakt. Misschien waren ze gewoon gezwollen. Mijn hele hoofd voelde gezwollen en mijn tong lag als een dikke, pijnlijke lap in het midden. Ik probeerde hem te bewegen. Deed veel pijn. Tong, dacht ik. Er was iets met een tong. In hoog tempo schoten allerlei fragmenten aan me voorbij. Nils met z’n gespleten, gepiercete tong, die mij oral pleasure bezorgde. Daarna was het mijn beurt geweest voor het leveren van wat pleasure. Op zijn penis stonden de cijfers 666 getatoeëerd. Zijn sperma smaakte naar het groene drankje. Wat er daarna gebeurd was, wist ik niet eens meer. Angstig keek ik opzij, misschien had ik het alleen maar gedroomd. Maar nee, daar lag hij te slapen. Twee kleine puntjes tong hingen uit zijn half geopende mond. “Beast”, fluisterde ik. “Beast!” Hij snurkte. Ik moest hier weg. Ik moest alle sporen wissen voor mijn ouders me hier zouden aantreffen.
“Julia!” klonk het buiten. Het was de stem van mijn vader, onmiskenbaar. “Julia!” “Ja?” vroeg ik op mijn allernormaalst. Wat moest ik anders? Ontkennen was zinloos. “Julia, kun je nog lopen? Ik ben hier met een kruiwagen.” Mijn vader toch. Altijd praktisch. Ik klom over beast heen, trok mijn zwarte jurkje over mijn hoofd — mijn onderbroek? Nergens te vinden. Ach, ik had nog wel een andere. Beast snurkte rustig door. Lopen ging maar net. Mijn hoofd tolde en ik was misselijk. Wankel liep ik het trapje van de caravan af, me stevig vasthoudend aan de deurklink. Mijn vader stond klaar met een oude, verroeste kruiwagen, bedoeld om bagage te vervoeren. Ik was zijn bagage. Hij keek boos en bezorgd tegelijk.
“Wat heb je toch allemaal uitgespookt? Je zit hier niet op Ibiza!”
“Pap, alsjeblieft … ik heb hoofdpijn …” Voorzichtig zakte ik neer in de kruiwagen. Comfortabel was anders, maar het was beter dan lopen.
“Te veel gezopen zeker? Je moest je schamen.”
Dat deed ik ook. Hij moest eens weten.
“Je moeder en ik… we waren de bossen in gegaan om je te zoeken. We dachten dat je ontvoerd was. We hebben gezocht tot de batterijen van de zaklamp op waren, toen moesten we op de tast terug naar de tent. We hebben gehúild, Julia. Gehúild!” Hij reed hardhandig met me over de keien, ik schudde heen en weer in de kruiwagen. Ik moest er bijna van kotsen.
“We dachten dat je dood was! Had je niet op z’n minst even kunnen vertellen waar je was? We moesten het horen van die rare gast met die vlecht!”
“Pap… alsjeblieft…” kreunde ik. “Later… leg ik het uit… maar nu….” Ik wist mijn hoofd nog net buiten de kruiwagen te hangen voordat er een grote groene golf naar buiten kwam. Er kwam ook wat bloed mee.
“Julia!!!” schreeuwde mijn vader. “Gatverdamme!”
Ik zakte slap achterover. Mijn vader kiepte de kruiwagen om, zodat ik op de grond gleed. Mijn moeder was de tent al aan het inpakken, zag ik.
“Nou, daar is ze dan”, zei ze vinnig. “Onze voorbeeldige dochter. Kind, je ziet er niet ui!. Wat dacht je, die ouwelui zoeken het maar uit? Laat ze maar lekker dwalen in het bos?” Er kwam nog wat groen-met-rood spul omhoog, ik liet het weerloos uit mijn mond lopen. Het vermengde zich moeiteloos met het groene gras.
“Wat heb jíj gezopen!?”
“Ik weet het niet…” Mijn stem klonk bibberig.
Een uur later zat ik op de achterbank van onze Subaru, met een nu nog leeg afwasteiltje op mijn schoot. Mijn moeder stapte uit bij de receptie om te betalen. Ik keek zo onopvallend mogelijk naar de caravan van Beast. Terugdenkend aan gisteren boog ik kokhalzend mijn hoofd richting het teiltje. Plotseling hoorde ik een zachte klop op mijn autoraampje. Daar stond hij, zijn ogen waren nu felrood en gloeiden als hete kooltjes. Beast gebaarde dat ik mijn raampje moest openen. Ik keek naar mijn vader die voor me zat. Die was met zijn mobiel in de weer en keek niet op of om. Met bonkend hart zette ik het raam op een kier. Beast gaf me een opgevouwen briefje, een knipoog en rende weg. Hij had zeker geen kater. Vlak daarna stapte mijn moeder de auto weer in en reden we weg. Ik vouwde het briefje open.
“Ever want to play Puta again? Call 853 66 66 6.
X, your Beast.
PS don’t forget to keep your tongue inside or people will get scared! Pain will go away in two or three days.”